Afscheid

Ik woonde al een tijd in Alblasserdam toen ik wethouder werd. Mijn man en ik waren er samen begonnen ons leven te bouwen. Eerst in een flatje bij het Scheldeplein, later in een huis met iets meer ruimte in de buurt van de Kerkstraat.

Onze kinderen werden geboren en we maakten kennis met de kinderopvang, de kinderboerderij, de sportverenigingen, de bibliotheek. We gingen voor het eerst met ze naar de film in Landvast, iets met Nijntje, en we moesten op zoek naar een school.

Mooie plekjes

Ons leven kreeg vorm in dit dorp en eerlijk gezegd dacht ik dat ik het wel kende hier. De mooie plekjes om te wandelen, de markten en evenementen, de winkels en de speeltuintjes, het consultatiebureau en de huisarts. Ik wist op welk bankje het fijn zitten was in het namiddagzonnetje en met welke windkracht ik naar de molens moest fietsen om met mijn kinderen naar de draaiende wieken te kijken. En toen mocht ik in mei 2014 wethouder worden en maakte ik kennis met allerlei dingen in en kanten van Alblasserdam die ik nog niet, of niet zo goed kende. 

Kracht

Ik leerde dat er, veelal onzichtbaar, allerlei clubs en groepen en overleggen zijn van mensen die iets moois of leuks of behulpzaams willen doen voor het dorp. Het zijn de comités die de festivals organiseren, de vrijwilligers die op pad gaan om ouderen te ondersteunen, de ouders die op de scholen van alles organiseren, de diaconieën van de kerken, de besturen van verenigingen. Voor mij werd die kracht van ons dorp nog wel het meest zichtbaar toen we in 2015 een groep vluchtelingen opvingen in de school aan de Lelsstraat. Zoveel mensen die daar kwamen helpen, zoveel bedrijven, instellingen, verenigingen en kerken die zich behulpzaam toonden. De samenwerking met al die mensen is een van de mooiste aspecten van mijn wethouderschap geweest.

Geschiedenis

Het is ook deze kant van Alblasserdam die ons verleden levend houdt. Vóór ik wethouder werd kende ik een beetje de geschiedenis van ons dorp. Maar niet het verhaal van de scheepswerven en de staalfabriek en de mensen die er werkten. Ik wist niet precies hoe die geschiedenis nog steeds doorwerkt in ons dorp. Dat de sluiting van Nedstaal bijvoorbeeld zoveel emotie teweeg bracht en dat er nog steeds zoveel mensen in ons dorp wonen die werken op plekken waar dingen gemaakt en gebouwd worden. Ik kende natuurlijk de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog, maar dat verhaal van die vergeten brug, van het bombardement en van het neergeschoten vliegtuig stond me minder scherp voor de geest. Ik ben heel blij dat ons dorp de afgelopen tijd veel aandacht kon besteden aan die verhalen. Dat de slachtoffers van het bombardement en de dappere Belgische piloot Jean Noël Vandaele op waardige wijze worden herdacht.

Kwetsbaar

Ik wist dat in geen enkel dorp alles rozengeur en maneschijn is, maar ik kende de kwetsbaarheid van mensen niet uit eerste hand. Als wethouder maakte ik kennis met zware problematiek: schulden, psychische problemen en verslaving. Ik leerde dat sommige kinderen zonder ontbijt naar school gaan, verwaarloosd worden of lijden onder een vechtscheiding. Ik sprak met jongeren die voor zichzelf geen toekomst zagen omdat het hen niet lukte om een opleiding te doen. Ik vond en vind het belangrijk dat juist voor die groepen vrijwilligers en professionals klaarstaan om te helpen. 

VerrijktDorien Zandvliet

Ik trad ook buiten mijn eigen bubbel, zoals dat zo mooi heet. Ik sprak vaak en veel met mensen die andere overtuigingen, gewoonten en ideeën hebben dan ik. Ik leerde van andere generaties, andere culturen en andere levensbeschouwingen. Het heeft me verrijkt en me gesterkt in mijn opvatting dat als we met een open hart, een gezond verstand en een ferm geloof in wat ons bindt de wereld tegemoet treden, de mogelijkheden eindeloos zijn. Het is, zoals Judith Herzberg in dit prachtige gedicht zegt:

Er is nog zomer en genoeg                       
wat zou het loodzwaar 
tillen zijn wat een gezwoeg 
als iedereen niet iedereen terwille 
was als iedereen niet iedereen 
op handen droeg.

Het was een eer en een genoegen uw wethouder te hebben mogen zijn.

Het gaat u allen goed!

Dorien Zandvliet